vrijdag 31 augustus 2012

Dag 26 Bam

Vandaag een rust dag, het is warm buiten en het programma voor vandaag is vanaf 4 uur. Uitslapen dus, om 9 uur ontbijten in het restaurant, gisteravond was hier een bruiloft die wel 2 en half uur duurde. De mannen zaten apart van de vrouwen. Er werd thee geschonken en voor iedereen was een schoteltje met een stuk koek, een banaan en een perzik. Vandaag is Sjoerd jarig en 57 geworden,Hassan en Rob hadden slingers , hoedjes en een taart geregeld. Vlak na het ontbijt koffie (mijn eigen Nescafé) en mierzoete taart. Hier hebben zo ook staafjes oploskoffie maar dan met melk en suiker. We zingen voor Sjoerd en namens de feest commissie krijgt hij een voetbal shirt van Perspolis uit Teheran. Buiten is het warm al 30 graden om 10 uur. Vanaf morgen rijden we in konvooi naar Zahedan, dit moet omdat er in deze buurt drugsbendes actief zijn. Iran kent heel veel drugs verslaafden, officieel 5% maar men zegt hier dat het bijna 10% is. Het leger onderschept met regelmaat drugstransporten en om deze terug te krijgen ontvoeren ze dan toeristen in ruil voor de drugs.

Wel mogen we alleen het hotel uit om de motor af te tanken, maar wel gelijk terug naar het hotel. In het hotel maken we maar gebruik van de lobby om foto’s en film te bekijken en te sorteren. Tevens nog een keer de schakelaar van de rem los gehad, en vast gezet. Kennelijk hoort daar een klein plaatje tussen van een mm of 4, deze is weg en met een stukje tie-rap lukt het ook. Ogenschijnlijk doet alles het weer.

Om vier uur gaan we met 2 taxi’s en de auto van Hassan naar de antieke stad Arg-e Bam. Om de citadel en het fort te gaan bekijken. Op 26 december 2003 werd Bam getroffen door een hevige aardbeving en is 90% verwoest van het fort, men wil het weer opbouwen en denkt dat in 25 jaar te doen, de lokale mensen zeggen dat het zeker 50 jaar gaat duren, gezien het weer en het werk tempo. Bam heeft wel een rijke geschiedenis, Bam werd gesticht in de periode van de dynastie van de Sassaniden (224-637), maar het grootste deel van wat er nu nog stond, inclusief de citadel, dateert uit zijn bloeitijd als textielstad onder de Safaviden (1502-1722). Met de verwoestende Afghaanse invasie in 1722 zette de neergang in. Tegen het midden van de 19de eeuw was Bam niet meer dan een spookstad. Het fort en de citadel van Bam zijn geheel gebouwd van leem, stro en palmboomhout, in verband met de restauratie is maar een klein gedeelte toegankelijk. Rob was hier 2 jaar geleden en zegt dat er al een groot deel is opgeknapt. Vanaf het fort heb ik van links naar rechts uitzicht op de woestijn, palmbomen, huizen, het fort zelf, nogmaals palmbomen en dan gaat de eindeloos ogende kale vlakte van de woestijn weer verder. Na dit bezoek gaan we naar het  guesthouse waar de meeste overlanders (mensen die per eigenvoertuig het land doorrijden) komen. Normaal zouden wij ook hier heen gaan maar de organisatie die de hotels voor ons geboekt heeft, heeft ruzie met de eigenaar. Akbar een man van 62 heeft daar zijn guesthouse en verteld over wat er tijdens de 10 seconden van de aardbeving is gebeurt, hij had toen der tijd op een andere plek zijn guesthouse, daar zijn toen een 2 tal toeristen omgekomen. Hij kan nog net met droge ogen onder de thee vertellen hoe onwerkelijk het was, het was winter en koud, mensen liepen bijna naakt over straat op zoek naar verwanten. Hele families zijn hier omgekomen bijna de helft van de gehele bevolking, heel indrukwekkend. In de stad zijn ze overal aan het bouwen en dat zal nog jaren duren voor dat de stad hersteld is. Na dit bezoek rijden we langs de begraafplaats om hier even stil te staan. We blijven hier 5 minuten en gaan door naar een restaurant. Ze hebben hier een 4D theater en gaan hier kijken, een slechte fil overigs wel in het Engels met kei hard geluid, bij 4D bewegen de stoelen, voel je de wind en water. Echter de timing was slecht, als bv een olifant water blies kwam dat een paar seconden later, de stoelen gingen te vroeg haha. Toen we buiten waren zagen en hoorden we waarom de muziek hardstond, de compressor staat stijf tegen het gebouw en om die niet binnen te horen zet men de muziek harder. Rond half tien zijn we terug in het hotel, alvast wat spullen pakken voor de reis naar Zahedan.

Voor de avond heeft Rob een verrassing,hij heeft 2 blikken bier kunnen regelen, het moest allemaal zeer geheimzinnig want op het bezit staat 100 stokslagen ( geldt ook voor buitenlanders) en voor het drinken ook 100 stokslagen. Hassan durfde het niet te doen, anders was hij zijn licentie kwijt, maar heeft Rob geinstrueerd hoe het zou kunnen. Het was Maleisich bier, maar smaakte goed.
Arg-e Bam

Mister Ackbar verteld
Palmbomnen met verse vijgen


donderdag 30 augustus 2012

Dag 25 Van Kerman naar Bam

Er zijn vele wegen naar Rome gaan en dat geldt ook voor de trip naar Bam, via de snelweg is het 180 km, maar snelwegen zijn saai en wij gaan voor het dubbele. Als eerste  gaat de reis naar de kasteeltuin bij Mahan, zo’n 40 km buiten Kerman. Ik had me iets groots van voorgesteld maar dat viel tegen, het was wel mooi aangelegd met een waterval met +/- 7 treden. Boven en onder staan 2 mooie oude woningen van iemand die vroeger veel geld heeft gehad. Wel een beetje vreemd is dat het geheel in de woestijn ligt en er hier zo veel water wordt verbruikt. Na dit bezoek pakken we de motor om de citadel bij Rayen te gaan bezoeken, dit is een kleine copy van de citadel die in Bam stond. De citadel is opgebouwd uit stenen gemaakt van klei met stro vermengt en met leem aangesmeerd, ook hier is men bezig het geheel te restaureren.

in de Citadel is het niet druk, maar wel heel gezellig met een Iraanse familie, ze willen alles weten wat ik doe en wat ik van Iran vind, wat  het lekkerste eten is. We worden uitgenodigd mee te gaan naar hun huis, maar dat laat de tijd niet toe. In Rayen gaan we dan maar lunchen, eenvoudig kip met rijst. Ondertussen is het één uur en we vertrekken via de bergen en woestijn naar Jiroft door naar Bam. In de bergen is het heerlijk rijden, veel smalle bochtige wegen tussen de rots partijen door. Als we vanuit de bergen naar de woestijn rijden word het bloedheet, het lijkt wel alsof ze met een fohn voor je staan te blazen. De thermometer tikt de 46 graden aan. Je kunt nog beter met de jas en vizier dicht rijden dan open, het voelt koeler aan. De benzine meter geeft aan dat we moeten tanken, op de kaart staat het volgende tankstation over 75 km, ken net! Op weg naar Jirot worden we voor de 2e keer aangehouden, 40 is ook geen snelheid waar je gevoelsmatig 80 kan. Het bonnenboekje hebben ze al in hun hand. Ze willen dat wij in de schaduw gaan staan , maar blijven in de volle zon staan, en in plaats dat zij het woord voeren doe ik het, ik vraag of ze Nederland, Duits, Engels of achterhoeks praten, ze snappen er niets van, dan vraag ik terwijl zij aan het schrijven zijn of we verder kunnen, ik hoor een ja en gelijk zijn we weg, 3 verbaasde gezichten zie ik nog in de spiegel! Op naar Jiroft, er gaat 18 liter in de 20 litertank,het is bloedheet en nog 130 km naar Bam, zucht wat was er ook al weer leuk.  De achter ons rijdende groep wordt ook aangehouden en mag een eventuele snelheidsovertreding betalen met deodorant of after shave. Zo blijft Iran ons elke dag weer verrassen. De coördinaten die Rob had doorgestuurd van het hotel kloppen niet, we blijven heen en weer rijden maar uiteindelijk gevonden, snel een douche genomen en een alcohol vrij lemon biertje, rust….


Morgen Bam bekijken, het is een moderne stad met een bevolking van circa 100.000 personen en ligt in de buurt van de antieke stad Arg-e Bam. Op 26 december 2003 werd Bam getroffen door een hevige aardbeving om 01:26 UTC (5:26 lokale tijd in Iran). De kracht van de aardbeving was 6,3 op de schaal van Richter. 70% van het moderne gedeelte van Bam werd vernietigd, en 43.000 mensen verloren het leven. In 2004 werd Bam uitgeroepen tot een monument op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO.









woensdag 29 augustus 2012

Dag 24 Van Yazd via Meymand en Rafsajan naar Kerman 500 km

Yazd hebben we vanmorgen vlot kunnen verlaten om naar Kerman af te reizen. Eerst 130 km door de woestijn en dan binnendoor.   Eerst tanken op een grote parkeer terrein met bijna 100 vrachtwagens. De meeste trucks zijn van het merk Volvo, Mercedes en Mack met van die grote neuzen. Alleen jammer dat ze zo ontzettend roeten, zeker als je er net naast rijd en er zo’n zwarte walm over je heen komt. Op de snelweg mag je 110 maar gemiddeld zitten we op 120 en dat vond oom agent niet goed, ik reed op kop en werd van de weg afgehaald, de rest reed gelukkig door en stond 1 km verder. Volgens hem had ik 160 gereden,  jaja. Paspoort mocht ik afgeven en er werd overlegd, en ik mocht 400.000 Riel betalen (20 euro), ik pakte een briefje van 100.000 , pakte mijn paspoort terug en zei “no ticket” dat was ook goed en ik kon verder. Corruptie kom je hier wel meer tegen, en daar moet je maar aan mee doen om dingen vlot geregeld te krijgen. Verder heb je hier de road blocks bij de stad en soms op de snelweg waar ze het in en uit gaande verkeer bij de steden controleren. Ook hier zijn ze nieuwsgierig en mogen we regel matig onze paspoorten laten zien, vaak gaat het alleen om een praatje. Vandaag was het maar 1 keer dat we moesten stoppen. Na de snelweg gaan we binnendoor via de woestijn en de bergen naar het plaatsje Meymand waar ze grot woningen hebben, Heel anders dan we hebben gezien in Goreme Turkije. Hier hebben we geluncht, wat rijst met salade en schaap. Het dorp is niet zo groot en er komen weinig toeristen. De plaatselijke agent is tevens de ober van het enige restaurant. Ik neem wat foto’s en daarna gaan we op pad. De weg naar het dorp en in het dorp is van grof grind, het nadeel is dat de motor niet echt stabiel staat. Sjoerd heeft de pech dat hij geen goede grip heeft en valt met de motor om. Dit is al zijn derde keer, maar de schade valt nog steeds mee. De volgende 100 km gaat door rots en bergachtig gebied, zo’n gebied dat je eigenlijk de postkoets verwacht en cowboys en indianen. Het is een mooi gebied, ruig kleine struiken en amper verkeer en heerlijke slingerwegen. We moeten nog een keer tanken, elke keer weer een puinhoop en klieder zooi. Er is geen concurrentie de prijs staat vast en men vindt het wel goed. Maar gelukkig is er benzine, dat is niet altijd zo. Nu in het Intourist hotel, in het stadje is niet veel te doen, het gebruikelijke, bazar, moskee dus vanavond doen we niets.

Door de woestijn en de bergen
 
 

dinsdag 28 augustus 2012

Dag 23 Yadz


Vandaag is het een dagje Yazd bekijken en beleven., het is naar het schijnt de oudste bewoonde stad ter wereld en een van de warmste plekken in Iran.  Yazd ligt aan de rand van de woestijn en is een typische oasestad. U vindt er veel lemen huizen en nauwe straatjes. De huizen worden gekenmerkt door typische badgirs, de windtorens die elk zuchtje wind naar beneden circuleren. Een eeuwenoude vorm van airconditioning. Maar eerst kunnen we uitslapen tot ruim negen uur en rustig aan gaan ontbijten. In gedachten denk ik aan de crematie van de moeder van Pien en schoonmoeder van mijn broer Geert een trieste situatie.

Ons hotel ligt echt in het centrum en hier in het hart van de stad bevindt zich een plein met een merkwaardige moskee, ernaast staat een rond houten framewerk dat bij bepaalde ceremonies wordt gebruikt. De mannen van het stadje dragen dan met zijn allen het  frame van 7 meter hoog en lopen dan rondjes op het plein en slaan elkaar dan.  Het is nu om 9 uur rond de 30 graden maar het kwik loopt op tot boven de 45 graden. Het is een droge hitte waardoor het hier nog net uit te houden is. Veel huizen in Yazd hebben typische schoorstenen die als airco dienen. Ze vangen elk vleugje wind op en stuwen dit het huis in, het ziet er uit als een lamellenkast. Net als alle moskeeën in Iran zijn ook hier de moskeeën goed onderhouden en met de kenmerkende blauwe en gele mozaïek fraai om te zien, maar nu komen ze ondertussen mij de neus uit. Het enige verschil is dat er een aantal moskeeën zijn welke net als de huizen uit leem zijn opgebouwd. We lopen eerst naar het postkantoor waar Erwin postzegels haalt, daarna door naar de Bazaar waar weder om de zelfde spullen worden verkocht. Gisteravond hebben wij de was afgegeven welke vanmorgen klaar zou zijn, niet dus wordt vanmiddag. Hierdoor loopt Erwin in een korte broek en dat is “not done” hier in Iran, hij wordt er dan ook een paar keer op aangesproken. We lopen dan ook maar even door de bazaar waar opvallend veel goud te koop is. Langere tijd brengen we door in en rond de Jame Moskee. Het is een prachtig gebouw dat uiteraard stamt uit de middeleeuwen, de hoogtijdagen van religieuze bouw in het toenmalige Perzië. De preekstoel is er van mooi houtsnijwerk. Ik zwerf met Erwin een hele tijd rond in steegjes en slopjes met blinde muren die tussen de lemen woningen doorlopen. Je kunt er onmiskenbaar de invloed van de woestijn proeven. Tegen 12 uur wordt het toch te warm, tijd om terug te gaan naar het hotel, alle steegjes lijken op elkaar en zo (ver)dwalen we door de stad naar het hotel. Onderweg koop ik nog een watermeloen voor 40 cent, die we dan ook als we eindelijk op de kamer zijn aansnijden. Het is ondertussen bloedheet, tijd om even de lange broek te verwisselen voor een korte en deze te wassen, om half vier moet hij droog zijn want dan gaan we met zijn allen op pad.   

Geld is hier ook een feest in Iran voor €50 krijg je 1,35 miljoen Riel. Maar het gaat er dan ook met het eten met tonnen uit. Men hanteert 2 termen Riel het 1000 getal en Toerak het 100 getal. 100 Toerak is het zelfde als 1000 Riel. Bij het kopen haalt men beide thermen door elkaar en dat is nog wel eens verwarrend. Om half vier had Rob een stadsrondrit georganiseerd door Yazd. We beginnen met het waterhuis, hier wordt verteld hoe het watersysteem in de stad is uitgevoerd. Interessant om te zien hoe men een ondergronds waterleidingnet vanuit de bergen heeft gemaakt. Vanuit de berg maakte men meerdere putten op 100 meter diepte, vandaar uit werd een tunnel gegraven ondergronds naar de stad een afstand van enkele kilometers. Verbazingwekkend hoe men dat een 1000 jaar geleden heeft gedaan met de middelen. Men had toen al de beschikking over carbid verlichting in de tunnels. Voor beluchting maakte men luchtbuizen. In sommige steden gebruikt men dit systeem naast het nieuwe systeem met elektrische pompen. Na dit bezoek gaan we met het busje naar de huidige Vuurtempel,  de atashkade (het huis van vuur).Er brand hier een vuur welke volgens zeggen al sinds de dertiende eeuw brandt. Niet spectaculair, er is verder erg weinig te zien, wat manuscripten en zo, that’s it. Dan door naar de Towers of Silence, twee torens op een grote berg die de oude Zorastrian gebruikten om hun doden aan de gieren prijs te geven. De botten verdwenen na dat ze kaal waren in de grotten en niet onder de grond. Dat ritueel is de laatste 40 jaar voor de huidige aanhangers van die godsdienst (nog circa 30.000 in deze stad) op grond van hygiënische overwegingen verboden ( en het feit dat men de lichamen kon zien via Google aerth). Hun doden worden nu in een muur ingemetseld. We beklimmen de toren die op een 100 meter ligt een aardige tippel in de vele zon. Onder aan de heuvel kunnen we nog de restanten zien van oude tempeltjes die voor de verering van Zarathoestra werden gebruikt.  We verblijven hier een dik uur en gaan dan naar de stad zelf om te kijken naar een ritueel voor de mannen die ten strijde gaan genaamd, Zurkhaneh: “the house of power” . Een soort van mannen aerobic, met gedraai, geschreeuw en met knuppels, niet interessant zeg maar. Dan met zijn allen eten in het restaurant van Silk Route, een lopend buffet met o.a. kamelenvlees en Indiase kip curry, erg lekker. Het is nu bijna half elf en rond de 25 graden, het is nog goed vertoeven in de tuin.

Meloenen kopen

de Torens der Stilte liggen rondom Yazd




Ventilatie tower of Badgirs

maandag 27 augustus 2012

Dag 22 van Shiraz naar Yazd 500 km

Vandaag is een reisdag naar Yazd de hoofdstad van de provincie Yazd. Het is een van de oudste steden van Iran en een centrum van het Zoroastrisme. De stad ligt zo'n 500 kilometer vanaf Shiraz. Na het onbijt gaan we op pad, maar eerst moeten we zien de kelder van het hotel uit te komen. Het is een redelijk steile helling, maar wat beroerder is er liggen spiegelgladde plavuizen, die erg glad zijn. Met in het achterhoofd nog een beetje een wat minder werkende rem, ga ik omhoog, en gaat prima, Johan moet zijn motot terug laten vallen en kan daarna goed omhoog. Rob staat niet recht voor de helling en komt te vallen, alleen een kapot knipperlicht is de schade. Dan door het verkeer heen zien te wurmen. De ABS blijft goed en er branden geen waarschuwingslampjes. Als eerste  koersen we naar de Schot van Iraanse afkomst Chico, die we gisteren ontmoet hebben.  Hij verblijft daar bij zijn ouders die een fruithandel hebben in Arsanjan. Het ligt op de route en is slechts 20 km omrijden. In Arsanjan  bellen wij Chico op om ons op te halen. Tijdens het wachten zie ik een brandweer kazerne en ga er even heen om wat foto’s te maken. Had ik beter niet kunnen doen want daardoor moest de rest langer wachten en kreeg bezoek van de lokale politie.  Toeristen komen er kennelijk nooit in dit dorp en dat is verdacht, eerst moesten we onze paspoorten laten zien, de ene  agent vindt het prima maar de ander belt de hoge baas, deze komt samen met 2 anderen naar ons toe. Weer onderzoek en we moeten onze namen opschrijven, gelukkig is Hassan in de buurt die het een en ander regelt. Eindelijk mochten we verder maar wel onder toezicht van een lokale politieman.  Bij de familie aangekomen worden we hartelijk welkom geheten door opa. De woning ligt midden in de fruitboomgaard van 40 hectare. Binnen staan schalen met fruit en thee voor ons klaar. De bedoeling was  om alleen thee te drinken, maar er werd ook voor de lunch op ons gerekend. In de gaard hebben ze verse vijgen, druiven, abrikozen en appels. Ons vitamine gehalte is na vanmorgen weer ruim gestegen. Dit alles speelde zich af onder het constant toeziend oog van een in burgerkleding gekleede politieagent. Na de uitgebreide lunch moeten we verder, het is al half twee en we moeten nog 350 km naar Yatz. Om daar te komen rijden we een stuk door de woestijn en de bergen. Het waait behoorlijk en over de weg komt veel zand en stekel struiken. De woestijn is vlak met hier en daar een struik, wel indrukwekkend.  Rob die een half uur voor ons uitreed, heeft moeten stoppen voor de zandbui. Hij zag nog geen meter meer, en net als andere auto’s stond hij op de snelweg stil. Om bij het hotel te komen is het weer een uitdaging,  Yazd ligt aan de rand van de woestijn en is een typische woestijnstad. Er zijn  veel lemen huizen en nauwe straatjes. De huizen worden gekenmerkt door typische badgirs, de windtorens die elk zuchtje wind naar beneden circuleren. Een eeuwenoude vorm van airconditioning. Aangezien wij op coördinaten rijden, komen we overal, soms lastig, soms spannend.  Uiteindelijk komen we bij een oud pand wat nu hotel is, lekker relaxt en rustig. Met de groep in de binnentuin gegeten en zo meteen slapen. Morgen een vrije dag met rond half vier wat georganiseerde bezoeken.


Door de stad

De weg door de woestijn


 Een Zandbui

Eten in de binnentuin

Dag 21 Shiraz

Shiraz is een stad in Iran gelegen in het midden van het land aan de voet van het Zagrosgebergte. De stad heeft 1,5 miljoen inwoners . Het is de hoofdstad van de provincie Fars en een van de oudste steden van Iran. We beginnen vandaag met een bezoek aan de oude stad Perspolis. Deze stad waarvan alleen nog wat resten zijn overgebleven is door Alexander de Grote verwoest.  
Persepolis bevatte twaalf bouwwerken. Het belangrijkste bouwwerk was de apadana (audiëntiehal), waar de sjahs hun audiënties hielden. Tijdens een groot feest, waarvan men aanneemt dat het gaat om het Perzische nieuwjaar (Noroez), kwamen de onderdanen van de verschillende bevolkingsgroepen 'giften' (dat wil zeggen belastingen) aanbieden aan de sjah. 
De Apadana en het schathuis, de twee gebouwen die bij uitstek het symbool waren van het hierboven genoemde cadeautjesfeest, en het paleis van Xerxes werden gebrandschat door Alexander de Grote; volgens de overlevering had hij honderden lastdieren nodig om de schatten af te voeren

Het is een half uur rijden met een mini bus, door Rob geregeld. We verblijven hier 2 uur, Hassan verteld ons het een en ander over de gebouwen en wat hier heeft afgespeeld. Maar voordat we het terrein opgaan koop ik eerst een hoed, de zon brand nu al op mijn hoofd. Gewapend met een fles water en fototoestel bezoek ik het voormalige stadje. Vele zuilen en pilaren staan nog overeind, beelden die je meer doet denken aan Griekenland dan aan Iran. Ook hier weer vaak gevraagd of men met mij of een van de andere op de foto mogen, stiekem zijn we toch een kop groter dan dat men hier is.  Het is een redelijk groot complex met welke bestaat uit meerder voormalige paleizen en bij behorende ruimten. Na dit bezoek gaan we verder naar een plek 5 km verder waar de vier koningsgraven ( Naqhs-e Rostam) zijn uitgehakt in een 65 meter hoge bergwand, ook leuk om te zien. De reliefs verwijzen naar de oppergod Mazda, en de cyclus van de zon. Je kunt er niet in, maar het ziet er indrukwekkend uit. Dan terug richting Shiraz waar we met zijn allen gaan lunchen in een lokaal restaurant, vandaag biefstuk en frieten, joepie, beter dan de kebab met rijst. Dan terug naar het hotel om het remsysteem na te kijken, Alle onderdelen schoongemaakt en hopelijk doet alles het weer.

 Tegen 5 uur ga ik op pad met Erwin, er ligt een paleis om de hoek en we willen de bazaar bekijken, het kasteel is aardig en de bazaar vol meuk die je overal in Azie tegenkomt, wel gezellig. Hier en daar maken we een praatje, de mensen zijn heel open en praten over alles, vooral het regime doet het af maar iedereen accepteert dat. Laten ze in Teheran  de koers bepalen, wij doen toch wat we zelf willen is de boodschap.  Na dit bezoek lopen we naar het hotel, wederom worden we door diverse mensen aangesproken en op een gegeven moment hebben we denk ik de dorpsgek te pakken, we komen moeilijk van hem af. Maar goed voor Lars heb ik een originele vlag van Iran gekocht en daar heb ik heb toch bij nodig gehad.
  
Shiraz is beroemd om haar dichters en tuinen. Een van de beroemdste dichters is Hafez. Zijn graf ligt in een klein, rustig park. In het achterste gedeelte is een traditioneel theehuis waar je zittend op kussens kunt genieten van thee of de waterpijp. Ik bezoek dit gaf samen met Erwin, Hassan rijdt ons daar heen en verteld het een en ander. Tegen half tien zijn we terug en gaan eten, Hassan is gek op lever en weet een adres, zelf eet ik voor de verandering brood met kebab. Morgen weer vroeg op, 500 km te gaan, dus op tijd slapen, maar ja het is nu alweer kwart over twaalf.











De Bazaar

zondag 26 augustus 2012

Dag 20 van Estafan naar Shiraz 540 km

Deze dag begon rustig, motor klaar gemaakt en dan de drukke stad uit. Altijd weer een feest zesbaanswegen vol met auto en 125 cc motoren die kris kras door elkaar rijden. Het mooiste zijn de grote kruispunten, in het midden staan dan vaak 2 man politie die volgens mij tegen elkaar zeggen,  god je zou dit maar moeten regelen! De tocht die we rijden gaat via de bergen, onderweg zie je dat het allemaal al groener word. Bomen en struiken, weer wat anders dan het dorre landschap van afgelopen dagen. Er is een min puntje mijn display geeft weer dat het achterligt weer defect is, balen zeg maar. Ook het ABS lampje knippert de eerste 5 tot 10 min na het starten, maar gaat dan eindelijk uit. Maar dat betekend die 10 min ook geen ABS . Halve wegen stoppen we voor een lunch bij een soort van weg restaurant, overal waar we stoppen is het nieuwsgierigheid, Hello where are you from, nice, welkom in Iran Pff Voor de verandering weer eens kebab met rijst en een alcohol vrij biertje. Na het eten de camelback weer bijgevuld met een liter water en op pad.  Iran is ook net als Turkije druk bezig de infrastructuur te verbeteren, veel nieuwe wegen van twee of vierbaans. Overal waar we rijden zijn ze bezig de bergen aan het afgraven of beitelen. Zo’n 30 km voor Shiraz gaan we tanken, wederom een feest. De benzine prijs word voor een jaar vast gesteld, voor taxi’s is dat voor de eerste 100 liter per maand 400 riel, voor het meerdere net als voor ons 7000 riel. Met het tanken letten ze vaak niet op en bij Erwin ging er bijna 2 liter over de motor, als hij dat ook nog even wil betalen, niet dus. De laatste 2 liter van de prijs afgehaald, bijna oorlog.
Na het tanken Shiraz in, Feest in de spits en de temperatuur die op 35 graden ligt, maar we komen er. Van de andere groep moest Sjoerd van de motor springen om niet in een gat van 1 meter diep te rijden, werkzaamheden worden hier niet tot nauwelijks aangegeven. De schade viel gelukkig mee. Eenmaal in het hotel konden we de motoren in de kelder zetten, was mooi geweest voor vandaag.
Shiraz is gelegen in het midden van Iran vlak bij het Zagrosgebergte. De stad heeft als bijnaam  "de styad van rozen en nachtegalen". In deze stad licht de dichter Hafez begraven, een dichter uit de 13e eeuw.

De bakker

Onderweg naar Shiraz






 


vrijdag 24 augustus 2012

Dag 19 Esfahan

Vandaag een lekkere rustdag die relaxt begon, vanmorgen tot negen uur uitgeslapen en daarna uitgebreid ontbeten. Het brood wat ze hier hebben vindt ik zelf niet veel aan, maar hier in dit hotel was er keuze, stokbrood,toast en lokaal brood. Er was zelfs goede koffie uit een bonenmachine, helemaal toppie. Als je normaal koffie besteld zit er al standaard melk in, ook al bestel je black koffie. Tegen tien uur gaan we onder leiding van Hassan onze verplichte gids op pad om Esfahan (of Isfahan) te bekijken. Als eerste brengt hij ins met zijn auto en een taxi naar de Armeense kerk, in de Armeense wijk, hier bij de Vaank kathedraal.  Deze kathedraal doet me sterk denken aan Russisch-orthodoxe kerken met al hun iconen, fresco’s en gouden koepels. Erg mooi om te zien. Naast de kathedraal  is een herdenkings museum van de Holocaust op de Armeniërs.  Na dit bezoek  gaan we met de taxi naar het grote plein genaamd Meidun-e-Emam of Naqshe Jahan. Deze ligt maar 300 meter van ons hotel af.Gisteravond was ik er ook al even geweest en was het hele gebied vol met mensen. Vandaag is het rustdag en is het plein zo goed als leeg. Het  plein ligt in het centrum van de stad en heeft een grote van 160 bij 500 meter. Hier bevinden aan weerszijden de Sheikh Lotfollah-moskee, het zes verdiepingen hoge Ali Qapo-paleis en de Imam-moskee (Masjed-e-Emam). De moskee is net als vele andere gebouwen in Esfahan versierd met fijne mozaïeken. Rond deze gebouwen zitten vele winkeltjes in de aanliggende bazaar. De immense bazaar is opgedeeld in afdelingen die ieder hun eigen producten aanbieden. Tapijten, antiek, gouden sieraden, kleding, pannen en potten, boeken en waterpijpen, alles wordt hier verkocht.  Na het bezoek aan het plein lopen we via de vele parken naar de Zayande Rud-rivier, hier bevindt zich de 32 bogen brug.  Het is een brug die aan beide kanten is voorzien van 32 bogen  met daar tussen een looppad, oorspronkelijk bedoeld  om van het paleis naar de Armeense kerk te lopen. De rivierbedding is droog en alleen in het regen seizoen staat er water in de rivier. Het is ondertussen al weer aardig warm en tijd om te lunchen, dit doen we in een lux hotel op de route. Na de lunch  lopen we nog een keer naar het plein om de  Ali Qapo paleis te beklimmen, echter omdat deze gerestaureerd word komen we maar tot de 3e verdieping. Als een aantal anderen nog meer gebouwen gaan bekijken ga ik terug naar het hotel, ik moet het remlicht maken, want de motor display gaf aan dat er een lamp kapot was en even olie peil controleren. Nadat dit gedaan was, lekker in de ruststand muziek luisteren.


Armeense kerk

Stadsplein met de blauwe moskee

De bogenbrug

Plein Esfahan

donderdag 23 augustus 2012

Dag 18 Van Ali Sadr naar Esfahan

Vanmorgen konden we rustig aan doen omdat we voordat we gingen rijden eerst een bezoek brengen aan de grootste water grot te wereld hier in Ali Sadr. Het is een natuurlijke grot vol stalactietengroten en stalagmieten met vele water kanalen die door kleine boten worden bezocht, een soort van binnen meer. Hier hebben we een tocht gemaakt met een bootje van 3 kwartier door de grot. Het verbaasde mij dat het al zo druk. Was. Wij waren er om half negen en in de grot waren alle bootjes al in beweging. Het was grappig om te zien, 2 man in een waterfiets met daar achter 2 bootjes waar 4 man in kan, onderling verbonden met een touwtje, zo 1970! Maar de tocht was wel aardig, al hadden we die beter gister middag kunnen doen. Na de tocht de motor bepakt, en deze met hulp van anderen tussen de auto's uitgehaald. Het parkeer probleem is net zo groot, misschien wel groter dan bij ons. Maar wat beroerder is, ze kijken nergens na. Net Franse autorijders in Parijs. De route van vandaag naar Esfahan was saai en eentonig, licht glooiend landschap en dor. De eerste 200 km hadden we vol wind tegen en daarbij veel zand. We reden dan ook niet harder dan rond de 100 km. Dat voelde je al in de armen. Alleen op de hoofdwegen staan de plaatsnamen aan gegeven in het Engels en in het Pesisch. Op de binnen wegen alleen in het Persich en dat is soms knap lastig. We rijden op kaart maar daar staat niet alle wegen op. Met de Garmin navigatie rijden we op de wereld map, dit houdt in dat daar alleen de hoofdwegen op staan. We toetsen de coördinaten in en de navigatie zet een vlaggetje opende kaart. Als je op een hoofd route komt geeft deze de richting aan, in de andere gevallen alleen de kompas richting. Het duurde dan ook even voordat wede juiste route hadden. Eenmaal op de snelweg is het geen probleem. In de buurt van Hamadan rijden we wel over een hele brede weg, even later zien we een bord met airforce en onze conclusie was dat dit stuk asfalt wel eens een noodlandings plek kon zijn. Na 300 km moet hand tanken, maar op de snelweg is pas over 75 km een tankstation aan gegeven. We gaan van de snelweg af naar een dorp. In me steden en dorpen hebben ze om de 100 meter drempels, bestaande uit of ijzeren 3 hoeken op de weg of asfalt bulten van 20 cm hoog. Deze laatste zie je vaak te laat omdat ze niet geschilderd zijn of zo. Ze zorgen er wel voor dat je rustig rijdt. Maar Hans zag de drempel te laat en voordat hij het wist kwam zijn voorwiel los en lag hij op straat, alweer een pleister op zijn ziel. De schade viel mee. Na het tanken (alles bij elkaar 40 liter voor 12 euro) zijner gaan lunchen. Ook het eten kost niet zoveel, goede lunch (soep, salade brood en kabab) kost ongeveer met 2 x fris 3,50 euro. Na de lunch nog 280 km te gaan. Het word warm 40 graden en haast te heet op de motor, het asfalt straalt warmte , de motor straalt warmte en de lucht straalt warmte, Pfff. Gelukkig neem ik af en toe een slok water uit de Camelback, een rugzak met een 2 liter inhoud. Alleen dat water is aan het eind van de dag ook lauw, minder!  We rijden Esfahan een stad met 2 miljoen inwoners in de spits binnen, 6 en 8 balans wegen, stapvoets rijdend. We weten ongeveer waar we moeten zijn, vlak bij het blauwe plein in het centrum. We hebben overal ook veel bekijks. Toeterende auto's, handen die uit het raam gaat met een duim omhoog, brommers om ons heen en veel automobilisten die vragen en roepen. Maar het blijft opletten geblazen. Volgens de borden en de navigatie zijn we in de buurt, maarja één richtingsverkeer en op brekingen maken het ons lastig. We besluiten om een taxi aan te houden en te vragen voor te rijden. De chauffeur heeft geen tijd, maar spontaan rijd een man op een brommer ons voor naar het hotel. Al met al koste de stad ons ruim een half uur. Na het douchen even naar het blauwe plein gelopen welke op 5 min lopen licht en om half tien op het hoteldak gegeten. Vanaf het hoteldak heb je een mooi uitzicht over de stad. Het terras is gezellig en confortabel. Het eten is goed, net asl de temperatuur. Hier kan ik me prima vermaken.


                                                              In de water grot

Een prima dakterras


Dag 17 Van tabriz via Zanjan naar Ali Sadr (vlak bij) Hamadan 500 km

Doordat de tijd gisteren voor ons met 1,5 uur vooruitging en vandaag een lange tocht op het programma staat is het relatief vroeg opstaan. 7 uur vanmorgen hier in Iran was de dag er voor half 6 en zo voelt het ook. Het wordt een dagelijks ritueel, bed uit, tas inpakken ontbijten en motor bepakken. Vandaag gaat de reis naar Ali Sadr vlak bij Hamadan de hoofdstad van de gelijknamige provincie Hamadan. Ali Sadr bevindt zich z'n 400 km ten zuidwesten van Teheran. De weg de we vanuit Tabriz gevolgd hebben was dan ook de snelweg (tolweg maar voor toeristen vrij van tol) richting Teheran. Onderweg zien we gerestaureerde Karavanserai. Karavanserai's werden ten tijde van de grote kamelen karavanen gebruikt als veilige overnachtings- en pleisterplaatsen. Langs de vermaarde zijdenroutes kwam je ze elke 25km - de afstand van een dagmars - tegen. Dat is nu dus wel anders, maar die er nog zijn, zijn echt een sjieke plek om iets te eten.  Vanaf Zanjan zijn we binnendoor gereden via Soltaniyeh waar we even gestopt zijn voor de blauwe Dome. Omdaar te komen vroeg ik de weg aan 2 jongens op een brommer die spontaan voor ons uitreden. De Dome was niet veel bijzonders en alleen van buiten bekeken. Omdat we vroeg hadden gegeten kregen we wel trek en gingen opzoek naar een restaurant in de buurt van Qeydoer. Genoeg winkeltjes maar zo op het oog geen restaurant. Toch maar even gevraagd aan de lokale veldwachter, die gelijk zijn hulpsheriff in de auto duwde, zwaailichten aanzette en ons naar een restaurant bracht. Mijn Perschisch gaat het niet worden deze vakantie want ik maak niet op aan de tekst of aan het gebouw dat het een restaurant was. Terwijl wij binnen gingen eten, paste de veldwachter met zijn hulp op onze motoren. Na het uitgebreide eten moesten we natuurlijk op de foto met jan en alleman. Het aantal benzinepompen wordt aardig minder onderweg en toch maar even tanken. Tanken is hier een feest 15 liter benzine kost ongeveer 5 euro (100.000 Riel) dus 35 cent per liter. Na het tanken gaan we op pad voor de laatste 120 km, een 2-baansweg door diverse dorpen. Als je naar de huizen kijkt is het ook geen wonder dat er zoveel mensen dakloos zijn geworden in de buurt van Tabriz. Veel huizen in de kleine dorpen zijn opgebouwd uit gestapelde keien, welke aangesmeerd zijn met klei of leem. Het dak bestaat uit balken welke ook aangesmeerd zijn met leem. Het landschap is aardig veranderd van ruige bergwanden naar een licht heuvelachtig terrein. Het is verder behoorlijk dor, onderweg zien we veel kuddes schapen en af en toe wat loslopende paarden. Wat wel leuk is dat je redelijk vaak windhozen ziet, af en toe rijden we er doorheen. De mensen zijn over het algemeen erg aardig, als je stopt om bv een foto te maken komen ze gelijk naar je toe met de vraag als ze kunnen helpen. daarna is het vaak welkom in Iran, how are you, What is your name, ware do you come from. Een heel verschil met Turkije, maar soms mag het wat minder. Wat opvalt is dat veel mensen Engels spreken en erg modern gekleed zijn. Ons hotel "Tourist in" ligt pal naast de grootste water grot ter wereld, de grot zelf gaan we morgen bezoeken. Om de grot aantrekkelijk te maken hebben ze er naast een pretpark gemaakt op basis van Disney. Het ziet er zo jaren 70 uit, maar voor hier is het kennelijk heel wat want het is behoorlijk druk. Hier zie je weer veel zwart gesluierde vrouwen rond lopen, iets wat je weinig zag in Tabriz.








dinsdag 21 augustus 2012

Dag 16 Van Dogubayazit naar bazrgan (grens met Iran), Maku naar tabriz (Iran)

Zoals je kunt lezen heb ik internet in Iran! Vandaag was het voor deze reis het afscheid van Turkije, vandaag zijn we de grens over gegaan met Iran.
We wilden vroeg bij de grens zijn dus op tijd op, na het ontbijt de motor oppakken. Echter er kwam een kink in de kabel en wel voor John, hij was niet lekker maar bij het oppakken van de motor zakte hij in elkaar. Te weinig energie, Rob heeft de hotel eigenaar een taxi laten bestellen om naar het ziekenhuis te gaan. Maar met een infuus zakken met zoutoplossing is John weer op de been. Maar goed ook want anders had hij daar of in het hotel moeten blijven, en als hij het aankan naar ons toe rijden. Rob zou in ieder geval naar ons toekomen. The show goes on!
De weg naar de grens duur de een half uur. En toen begon het hele circus, het duurde anderhalf uur en 20 euro (corrupte lui) stemmpeltje mannetje pff, toen door naar de grens  met Iran aardige mensen behulpzaam en spraken Engels en Duits. Maar toch duurde het weer anderhalf uur. Ondertussen werden we constant benaderd door geld handelaren die willen wisselen. De koers die zij berekenen is erg laag officieel is het 15000 riel voor 1 euro maar aangezien er een boycot is is het onofficiële koers 26000 riel voor 1 euro, zij berekenen 12000 riel. Bij de grens hebben we ook contact met Hassan, onze verplichte gids door de overheid opgelegd;-( We zullen maar gebruik van hem maken, maar hebben hem al duidelijk gemaakt dat we onze eigen dingen gaan doen, en dat vindt hij oké.
voordat we echter verder mogen moeten we nog een stempel halen bij de politiepost 500 meter
van de grens, zucht. Dan is het rijden geblazen, het tijdverschil met Nederland is nu 2,5 uur en het is hier al 2 uur als we weg kunnen, nog 270 km tegaan. Maar we haden vroeg ontbeten en lusten wel wat, Hassan rijdt ons voor met zijn auto naar een restaurantje, waar we ook de motor kwijt kunnen. Het eten is hier het zelfde als in Turkije, diverse soorten kebab en soep, het enigste wat afwijkt is het brood, in Turkije kreeg je een soort stokbrood, hier is dat knapperig meel water brood.
Het gebied is gelijk aan dat wat we de laatste dagen is Turkije hadden, heuvelachtig en kaal landschap. Het verschil is het schrift in Perzische. Onderweg zien we veel zonnenbloemvelden en grote industrie. nieuw zijn de roadbloks waarvan we er drie paseeren. Met een soort van lazergun rijd je langs de politie. Op de borden lezen we in het engels de namen van de steden. We rijden hoofdzakelijk op de kaart, want de navigatie geeft alleen de hoofdwegen weer. Met een gemiddelde snelheid van rond de 100 km per uur rijden we naar Tabriz. Tabriz is de op 3 naar grootste stad van Iran en tevens de hoofdstad van de provincie Oost - Azerbeidzjan gelegen in het uiterste noordwesten van het land.De stad heeft een langen geschiedenis als knooppunt is de zijderoute en de diverse rijken van de Perzen, Arabieren, Turken en Mongolen hebben er hun bouwwerken achtergelaten. Helaas staat er voor morgen een langen rit op het programma en hebben we geen tijd om de stad te bekijken. Overig is het hotel hier prima.














Grens met Iran
            

maandag 20 augustus 2012

Dag 15 Dogubayazit

Vanmorgen kunnen uitslapen, het mocht ook wel want al elke nacht om kwart over 4 worden we met  wijze woorden gewekt. Het ontbijt was om half negen op de 4e verdieping. Het leek daar wel een sauna, maar oké er was ontbijt. Het uitzicht vanaf hier was op de berg Ararat die met sneeuw bedekt is.De berg is 5300 meter hoog. Op straat staat de slager te onderhandelen over een schaap die een kwartier later ligt leeg te bloeden in de goot. Na het ontbijt gaan we op de motor naar het Isak Pasha paleis een kleine 7 km verder op. Evenals Kars is dit stadje overwegend Koerdisch, en het gebied wordt zwaar bewaakt door militairen. Op de weg naar de ruïne klmen we langs veel prikkeldraad, zo’n 50 tanks en veel opstellingen op de berghellingen. Met name de PKK is hier nog wel eens aktief, vandaar dat we ook niet alle wegen in mogen rijden.Gezamelijk rijden we naar Ishak-pasarayi paleis. Het paleis ligt op een heuvel en kijkt uit over de brede vallei van Dogubayazit enerzijds en anderzijds kijkt het op tegen de berg Ararat. Deze berg, waar volgens de overlevering de ark van Noach heeft gestaan, torent met zijn ruim 5300 meter hoogte en een sneeuwtop zoals we die van de Mount Everest kennen, imponerend hoog boven het landschap uit. Bij het Ishak Pasha Paleis  is het rustig, het geheel wordt gerestaureerd en er liggen veel bouwmaterialen. Samen met Rob ga ik naar binnen, de anderen vinden het niet de 5 Tl waard. Ik neem de gok,zeker na een gesprek met de spaanse dame.  Het paleis  is zowel van buiten als van binnen mooi gedecoreerd , het geeft een goede indruk van de weelde en decadentie waarin sommige van de rijkste land- en krijgsheren tijdens het Ottomaanse rijk geleefd hebben. Het paleis is vooral gefinancierd door de zijdehandel van toe die tijd. De vooral Turkse toeristen komen hier in feite alleen voor de berg Ararat en het Ishak Pasha Paleis.
Na het bezoek aan het paleis drinken we nog koffie bij de camping van Murat aan de voet van de berg. Rond het middag uur zijn we terug bij het hotel, we hebben nog tijd om in Dogubayazit het centrum met haar bewoners te bekijken. Maar voor die tijd eerst met deze computer aan de gang,want hij doet niets meer en een computerzaak kennen ze niet. Deze pc maar eens open geschroefd en wat dingen vast gedrukt en zowaar er zit weer leven in. Na die tijd maar eens door de stad gelopen en de supermarkt bezocht. Wat opvalt dat de prijzen gelijk zijn of duurder zijn dan bij ons in de super. Verder zie je op straat bijna alleen maar mannen, ik denk 97 %. Er word vooral gegeten en thee gedronken op de kleine terrassen. Wat ook opvallend is dat om de 3 zaken er een telefoonwinkel zit en een internetcafe. Voor de internetcafe's staan vaak een generator voor de tientalle pc's die er staan.

Voorlopig zal dit het laatste verslag zijn want in Iran is naar zeggen het internet deels afgeschermd. Maar ik zal de verslagen maken en tzt online zetten. De route die we in Iran gaan rijden zal zijn van Tabriz (van de aardbeving) naar Hamadan, Esfahan, Shiraz, , Bam ( van de aardbeving 20 jaar terug), Zahedan. Vnadaar uit gaan we de grens over naar Pakistan.

Het paleis



Mijn motor met op de achtergrond de berg Ararat.


zondag 19 augustus 2012

Dag 14 Van Erzurum via Pasinler - Agri- Omuzbasi naar Dogubayazit 280 km

Vandaag opnieuw vroeg op en dat verveelt niet, maar een uurtje meer was ook lekker geweest. Ik ben steeds even voordat de wekker af gaat al wakker. Ik neem er de tijd voor. Dit heet trouwens toch vakantie. Op gemak douchen en aankleden en alvast de spullen inpakken. Dan naar het ontbijt, meestal is dat wel goed, maar vandaag is het ontbijt net als het hotel, oud en droog. Jammer want meestal  zijn de ontbijten goed en als je van olijven houdt dat kun je je hart ophalen. Vandaag gaan we opweg naar de laatste plaats voor de grens met Iran, het stoffige Dogubayazit (Dog Biscuit in de reizigersmond). Bij Dogubayazit ligt de meest fotogenieke ruïne van heel Turkije: het sprookjesachtige Ishak Pasha Paleis. We overnachten 2 nachten hier in Dog. Morgen gaan we het paleis op de berg bekijken en dan de volgende morgen vroeg naar de grens met Iran.  De grens overgang kan soms snel gaan en soms kan het een halve dag duren om de grens te passeren.
De weg naar Bogubayat is een snelweg en de 280 km leggen we in 4 uur incl koffie pauze af.  Bij de benzine pomp naast kunnen we wat drinken. Helaas geen koffie maar zoalsoveral wel thee. Als we daar zitten komt Rob aan gereden, hij drinkt een kop koffie van zijn eigen mee gebrachte poeder, zelf heb ik het wel bij me maar ergens in de koffer. Na de pauze nog 120 km te gaan. Onderweg komen de eerste vrachtauto´s uit Iran en Armenië tegen, nummerborden met Arabisch schrift. Het weer op de vlakte is warm en droog rond de 30 graden, koeler dan op dit moment in Nederland met zijn 35 graden. Het lijkt wel of dat we de wegen alleen hebben, want buiten de enkele vrachtauto l
kom je soms kilometers niets tegen, en dat op het mooie asfalt. Ik trek samen met John de motor los en tikken de 190 km aan, het  is dat de motor bepakt is, anders zou hij over de 200 gaan. Na 10 km toch maar het gas los en even een foto moment zodat de rest van de  groep kan bijtrekken. Vanmiddag hebben we even tijd om een was te doen en het stadje te bekijken, voor wat het waard is. De avond brnegen we door in een restaurantje, De ramadan is voorbij en er word weer openlijk bier verkocht. Ook op straat lijkt het wel als men het van een maand moet inhalen, veel mannen zitten op straat met een biertje in de hand. Tegen 10 uur zijn we terug in het hotel. In de lobby drink ik nog wat met Sjoerd en Hans en om half twaalf vin ik het genoeg.

Stapels gedroogde koeipoep voor het koken

De snelweg , eenzaam en verlaten

Nog 15 km tot de grens met Iran
 
 
Einde Ramadan

zaterdag 18 augustus 2012

Dag 13 Van Malataya naar Erzurum 520 km

Vandaag staat er een redelijke rit op het programma, half acht ontbijt en dan 9 uur rijden. De motoren moeten we eerst  halen en naar het hotel rijden om de spullen op te pakken. Er is markt in de straat maar de politie verzet de dranghekken zodat wij er langs kunnen. We besluiten om met een veerboot een rivier over en dan via de Kebad Dam te rijden, deze de route gaat bovenlangs. Hierdoor rijden we wel om maar pakken wel de mooiste route. We hebben geen idee hoe laat de veerboot gaat en als deze vaart, maar we hebben geluk als we aankomen gaat de veerboot over een half uur. Koffie tijd, alleen jammer dat ze er al standaards melk en suiker in doen.
De overtocht duurt maar 15 minuten en kost 2 euro pp. Aan de andere kant staat een ambulance met sirene aan te wachten, als iedereen er af is, gaat de ambu aan boort en vaart de veerboot gelijk weg. Dit scheelt de ambu 70 km omrijden. De route die we nu rijden bestaat uit veel kronkelige wegen langs steile rotswanden van 3000 meter hoog en lieflijke valleien. Het lijkt of dat je in de grand Canyon rijdt maar het gebied van het Taurusgebergte. Dit gebergte is een ongerept natuurgebied dat met zijn bijzondere kleur fel contrasteert tegen het groen van de bomen en het blauw van de lucht en de talloze meren. Doordat hier nog niet veel toeristen komen is dit een heel bijzonder gebied.De hoogvlakte van Turkije is vrij vlak. Op dit golvend landschap 1000 meter boven zeeniveau is er op hoog gras na weinig begroeiing. Slapende, armoedige dorpjes trekken langs me heen. Ik voel me ver verwijderd van de bewoonde en westerse wereld. Het enigste moderne zijn de nieuwe 4-baans geasfalteerde wegen buiten de bergpaden om.  Maar rijdt erg lekker, soms houdt de weg op en wordt het een zand weg om even later weer in asfalt over te gaan. Onderweg stoppen we om te tanken en om wat te eten. Bij de pomp worden we aangesproken door een turkse man die in Nederland woont, hij is hier op familei bezoek. Hij vindt het wel leuk dat wij vanuit Nederland op de motor hier zijn. Hij trakteerd ons op een blikje fris en doet een suggestie voor het eten, een restaurant aan de andere kant van de straat. Hier in deze plaats wordt geen Ramadan gehouden, ook hoeven de vrouwen geen hofddoek te dragen , iets wat in omliggende plaatsen zeker moet. Na het heerlijke eten gaan we door naar Erzurum. Erzurum is de grootste stad van Oost-Anatolië (Turkije) en de hoofdstad van de gelijknamige provincie Erzurum. Door deze hoogte kent Erzurum het meest ruige klimaat van heel Turkije. De zomers zijn kort en heet, terwijl de winters erg koud en sneeuwrijk zijn. In oktober valt de eerste sneeuw al. Als we bij het hotel aankomen krijgen we met de eigenaar al lichte ruzie, Rob heeft 5 kamers besteld, en nu wil hij 3 man op een kamer, zucht. Uiteindelijk komt het goed.  De motoren moeten vannacht wel buiten staan, minder. Na het opfrissen met zijn achten de stad in om te eten, hier sluit men vrij vroeg maar we vinden nog wat. Na het eten naar de kapper voor knippen en scheren. Even tijd voor me zelf.

Wachten buj de veerboot


en dus tijd voor koffie



Soms kom je wat tegen


Het landschap

Ons hotel